Waar wil is, is een weg

De wereld verandert  razendsnel de komende periode. Sociaal en technisch. We worden almaar ouder, waardoor onze samenleving in rap tempo vergrijst. De technologische ontwikkelingen hebben een enorme impact op de sociale structuren. Werk en leefomgeving zullen drastisch veranderen.  Banen verdwijnen, organisaties worden kleiner en zullen alleen nog bestaan uit een kleine kern, met daaromheen een grote schil van flexibele werknemers. Vaste contracten worden schaarser dan ooit. De overheid trekt zich terug, waardoor het sociale vangnet zal veranderen.  Daarnaast zien we dat de jacht op geld en meer is beter een aanslag doet op onze leefomgeving. Natuur verdwijnt of wordt kapotgemaakt om aan onze ongebreidelde hebzucht te voldoen.

Mensen: Betekenisgevende wezens of moordmachines?
Technologie en kennis hebben ons in staat gesteld om meer en sneller te produceren. Mooie ontwikkelingen die ons in staat stellen om de vele mondjes op aarde te voeden en in hun behoeften te voorzien. Toch mogen we onze ogen niet sluiten voor de keerzijde daarvan. Met onze productieprocessen, hebben we grote delen van onze aarde vervuild, afgegraven en ontbost, zeeën leeggevist. Inmiddels is de inkomensongelijkheid groter dan ooit, waardoor welvaart ons welzijn bedreigt.  Stephen Hawking schreef  in een artikel voor de Guardian:  “We kunnen niet doorgaan met het negeren van ongelijkheid, omdat we de middelen hebben om onze aarde te verwoesten maar niet om haar te verlaten.” Verblind door onze hebzucht en onze behoefte aan geld, vernietigen we stevige bodem onder onze voeten. Lijken wij onderhand misschien wel meer op moordmachines dan op de betekenis gevende wezens die wij in essentie zijn. Het wordt tijd dat wij verantwoordelijkheid gaan nemen voor wat wij in het industriële tijdperk hebben aangericht. Simpelweg omdat wij geld niet kunnen eten en omdat onze aarde, met alles dat daarop leeft, groeit en bloeit, meer is dan een verzameling productie- en hulpbronnen.

Welvaart bedreigt ons welzijn
Het lijkt erop dat de ontwikkelingen van de laatste jaren ons een zetje in de goede richting geven. Volgens Jan Rotmans, professor transitiekunde aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam, kantelt onze samenleving en zijn we niet langer in een tijdperk van verandering maar is het tijdperk veranderd. Bestaande structuren, ontstaan in het industriële tijdperk, zijn aan het eind van hun latijn; ze draaien vast en functioneren niet meer. Het leven blijkt niet langer maakbaar, beheersbaar en voorspelbaar.  Welvaartsgroei lijkt voor velen van ons niet langer mogelijk, zolang werk en inkomen aan elkaar worden gekoppeld. Robots en computers maken veel werk overbodig. De voorspellingen zijn dat de komende decennia, 3 miljoen banen zullen verdwijnen in Nederland. Dit zijn met name banen die eenvoudiger door computers of robots kunnen worden uitgevoerd. Banen die nu door middelbaar opgeleiden worden uitgevoerd, maar de verwachting is dat over niet al te lange tijd zelfs het werk van rechters, chirurgen, door computers en robots kan en zal worden uitgevoerd. Onlangs voorspelde de CEO van het Chinese postorder bedrijf Alibaba dat wij binnen 10 jaar bedrijven zullen zien die worden geleid door een robot. Hoog tijd om actie te gaan ondernemen, want zoals onderzoek aan de Universiteit van Michigan uitwees, worden  mensen die geen rol van betekenis kunnen spelen  een gevaar voor zichzelf en hun omgeving. Bloedwaardes, cholesterol gehaltes en gewicht nemen toe, ze worden ongelukkig en ongezond. Willen wij onze wereld leefbaar houden, dan is het sleutelen aan systemen die niet goed meer werken onverstandig. Het introduceren van basis inkomen lijkt inmiddels een beter en betaalbaar alternatief. Er ontstaat daarmee ruimte om werk dat nu niet wordt betaald, maar wel belangrijk is te gaan aanpakken. Vanuit dat perspectief is er genoeg te doen.

Meer ≠ beter
Als we toch bezig zijn om Nederland te kantelen, dan is het ook tijd om eens anders te gaan kijken naar de manier waarop wij kosten, winst en verlies definiëren.  Op dit moment streven bedrijven onder druk van hun aandeelhouden naar aanhoudende groei en winstmaximalisatie. Digitalisering,  robotisering  en het uitwijken naar lage lonen landen lijken nog steeds een oplossing. Het opzettelijk verkorten van de levensduur van technische apparaten om de vraagkant peil te houden en het consumentisme aan te jagen zijn middelen om het oude industriële paradigma van meer is beter in stand te houden.  Om dit te kantelen zouden bedrijven en instellingen in mijn optiek in hun jaarcijfers verantwoording moeten afleggen voor de impact die hun productiewijzen op ecosystemen en gezondheid heeft. Dat zouden kunnen door de kosten van gezondheids- en milieuschade die zij aanrichtingen worden meegenomen in hun winst- en verliesrekening. Alle kosten die nu onzichtbaar op de belastingbetaler worden afgewend worden daarmee zichtbaar gemaakt. Bedrijven zullen deze kosten doorberekenen in hun prijzen waardoor ook consumenten in beeld krijgen wat bijvoorbeeld een stukje vlees afkomstig uit de bio-industrie écht kost. Mijn verwachting is dat dan het bewustzijn groeit en de roep om schonere, duurzamere innovaties nog groter zal worden.

Less is more?
Ja, ja zul je beursgenoteerde bedrijven en aandeelhouders horen zeggen. Wat is dan nog het rendement op mijn investering in het bedrijfsleven. Leuk al die schonere, duurzame oplossingen en de idee dat “minder, meer is”, maar wat levert dat op. Op de beurs, in het bedrijfsleven regeert de korte termijn. Snelheid is geboden, de wereldmarkt is inmiddels zo grillig en onvoorspelbaar geworden dat investeringen snel moeten kunnen worden terugverdiend. Innovaties zijn nieuw en moeten hun waarde op de lange termijn bewijzen. Slechts een op de tien innovaties blijkt achteraf rendabel. De druk op bedrijfsresultaten is door alle wetgeving, rondom arbeid en milieu inmiddels zo hoog geworden dat wij niet anders kunnen dan slechts te investeren in systemen en middelen die de afhankelijkheid van onvoorspelbare factoren zoals arbeid en milieu zo veel mogelijk verlagen.  Wanneer er geld en middelen moeten worden vrijgemaakt om ook arbeid en milieu in ogenschouw te nemen wordt het onbetaalbaar om snel in de behoeften aan goederen en diensten te voorzien.

Nieuwe wegen
Mijn conclusie is dat wij ons inderdaad op de rand van een nieuw tijdperk bevinden. Het industriële tijdperk heeft ons veel opgeleverd, maar ook ingewikkelde vraagstukken nagelaten. Dilemma’s die schreeuwen om gedurfd denken en een frisse aanpak. Dat vraagt om een andere bril, een andere manier van kijken. In het industriële tijdperk zijn het geheel, de vorm, het patroon de idee naar de achtergrond geschoven.  Willen we oplossingen vinden voor de vraagstukken van nu dan zullen we moeten kijken waar technologie en mens elkaar aanvullen, waarde kunnen toevoegen in plaats van onttrekken, in het belang van onszelf en onze aarde. Leven en mechanisatie sluiten elkaar niet uit. Onze problemen en uitdagingen van vandaag zijn het gevolg van onze handelingen uit het verleden. Dat daagt uit om nieuwe wegen te bewandelen, want waar een wil is, is een weg.

Elise Hornstra – young knowmad – 15 jaar
Young@urbanknowmads.nl